Het initiatief van de oprichting van de St. Gregorius fanfare Hertme werd genomen op 22 augustus 1922 door enkele leden van het plaatselijk kerkkoor van de St. Stephanusparochie te Hertme. Tot de oprichters destijds behoorden; Zeer eerwaarde heer pastoor de Hosson als geestelijk adviseur, Bernard Blenke als penningmeester, Johan Liedenbaum (Theodoors Jaan) als secretaris en Jan Schiphorst als voorzitter. Muzikanten van het eerste uur waren verder Jans Broekhuis, Jan Blenke, Gerard ter Haar, Herman Hesselink, Hendrik Liedenbaum, Dieks Langkamp, Bets Monnink, Johan Meijer (Aalderink), Herman Meijer (Groots), Gerard Schiphorst, Herman en Johan Stokkingreef, Hendrik Spikkert en Jans Vollenbroek.

Bij de oprichting werden 14 instrumenten, één kleine concert-trom en één grote trom aangeschaft (tweede hands). De totale kosten bedroegen destijds f 600,-. Ieder lid van de vereniging was bij de oprichting f 20,– inleggeld verschuldigd, terwijl de contributie werd bepaald op f 0,50 per week. In de daarop volgende jaren werd de contributie teruggebracht naar f 0,25 per week en werd de f 20,– inleggeld geleidelijk terugbetaald. Als eerste dirigent werd de heer Hendrik Stoelers uit Borne aangesteld. De heer Stoelers was tijdens zijn militaire dienstperiode lid geweest van een militaire kapel en had dit orkest ook al eens enige keren gedirigeerd.

De eerste marsen die ingestudeerd werden heetten: Sans Soucy, Conscrit, La Gailat en Souvenir de Maassluis. Het eerste concertwerk heette Mionette-Ouverture. De fanfare trad voor het eerst in het openbaar op tijdens de opening van de plaatselijke R.K. Basisschool te Hertme in april 1923. De wekelijkse repetities werden gehouden in café Liedenbaum te Hertme. Aanvankelijk was het de bedoeling om tijdens kerkelijke openluchtactiviteiten, zoals processies, het parochiële kerkkoor muzikaal te ondersteunen en ook om tijdens plaatselijke dorpsactiviteiten muzikale acte de présence te geven. Zo werd in de beginjaren twintig en dertig ook met enige regelmaat dansmuziek gespeeld tijdens bruiloften. Hiervoor werd een extra repetitieavond ingelast. De opbrengst voor het verzorgen van dansmuziek bracht toentertijd de vereniging f 10,– per avond en later f 15,– per avond op; hetgeen de kas van de jonge vereniging goed kon gebruiken.

Maar de fanfareleden wilden meer. Zo werd al in 1924 in Almelo voor de eerste keer destijds in openlucht deelgenomen aan een KNF-concertconcours. Het resultaat was mager, het kritisch rapport zal ongetwijfeld vermeld hebben dat het nog zeer jonge (onervaren) orkest nog veel muzikale kennis moest opdoen.
In 1926, tijdens een KNF- concours in Haaksbergen, wordt de grote inzet beloond met een eerste prijs en promotie. De vreugde zal ongetwijfeld groot zijn geweest, want in het jaarverslag van destijds valt te lezen dat tijdens de intocht in Hertme langs de route vele koeien door het puntdraad gingen. Zo wordt er tot aan begin van de oorlogsjaren met enige regelmaat deelgenomen aan concoursen en overige plaatselijke muziekevenementen. Nadat op last van de Duitse bezetter de repetities verboden waren, werden na de bevrijding in 1945 de instrumenten weer te voorschijn gehaald. Na een moeilijke herstart werd in de daarop volgende jaren hard gewerkt aan een acceptabele bezetting en aan voldoende financiële middelen.

In 1958, na een dienstverband van 36 jaren, werd afscheid genomen van dirigent Hendrik Stoelers. Hij werd opgevolgd door de heer Cor Kamp uit Hengelo, destijds solo-clarinettist van de Kon. Almelose Harmonie. Zijn muzikale opleiding had hij genoten van de in deze regio zeer bekende musicus Albert Sommer. Met Cor Kamp als dirigent kreeg de fanfare weer een muzikale impuls. Met succes werd regelmatig deelgenomen aan concertconcoursen, marsconcoursen en festivals.

Omstreeks dezelfde tijd bracht Kardinaal Alferink een bezoek aan Hertme, waar hij tijdens een muzikale ontvangst werd toegesproken door voorzitter Gerard Kemna. In zijn toespraak verontschuldigde hij zich dat de fanfare een serenade bracht in burgertenue, omdat de vereniging financieel niet in staat was om zich in nieuwe uniformen te steken. Dankzij Kardinaal Alferink en destijds pastoor Veeger kon de vereniging kort hierop in groene uniformen gestoken worden. In 1958 trad de fanfare in haar nieuwe kleding voor het eerst naar buiten.

In 1960 werd onze vereniging verrijkt met een prachtig vaandel. Een aantal echtgenotes van de leden kwam op het idee om de gemeenschap Hertme te vragen voor een financiële bijdrage. Enkele maanden later kon het mooie en handbewerkte vaandel aan de vereniging overhandigd worden. Zelfs konden er de metalen spanners en stalen snaren (voor het vervaardigen van de eigen gemaakte trommels) nog mee gefinancierd worden.
In 1968 nam dirigent Cor Kamp, wegens gezondheidsredenen, afscheid van St. Gregorius.

Zijn dirigeerstok werd tijdelijk overgenomen door de heer Bonvanie uit Wierden. Korte tijd later belandde de fanfare in een financiële crisis en ook haakten vele leden af, temeer ook omdat onze geestelijk adviseur, pastoor Veeger, overleed. Tijdens een daarop volgende ledenvergadering werd besloten om voorlopig verder te gaan als een blaaskapel “De Bokk’nbloazers” Pas in 1974 werd op advies van pastoor Koch en enkele leden uit de vereniging besloten om het fanfare-orkest weer nieuw leven in te blazen. In overleg met de toenmalige directeur van de muziekschool Borne, Jan Draaijer, werd besloten om alle toekomstige fanfare-leerlingen hun HAFABRA- opleiding te laten volgen aan de Bornse muziekschool. Als dirigent werd aangetrokken de heer Piet Haitjema uit Losser, die als koper-docent verbonden was aan de muziekschool te Borne. Dankzij de inzet van deze nieuwe dirigent en een nieuw gevormd bestuur, werden door verschillende acties nieuwe financiële en muzikale impulsen verkregen. Ook nam de toeloop van jonge muzikantjes sterk toe.

In 1978 werd de vereniging onverwacht verrast. Vanwege een gemeentelijke subsidie kon voor het fanfare-orkest een geheel nieuw instrumentarium aangeschaft worden. In de daarop volgende jaren werd regelmatig en met veel succes deelgenomen aan KNF-concoursen en marswedstrijden.
In 1982 werd tijdens het 60- jarig bestaan van de vereniging (met als hoogtepunt een muziekfestival in het plaatselijke openluchttheater) onze huidige uniformen aan de gemeenschap gepresenteerd. De benodigde financiële middelen werden verkregen uit de opbrengsten van de eerste door St. Gregorius georganiseerde Zomerfeesten en van de vele particuliere giften uit de kleine gemeenschap Hertme. Eind 1988 werd na vele jaren in de basisschool van Hertme te hebben gerepeteerd de nieuwe repetitie-ruimte van café Liedenbaum in gebruik genomen. Deze ruimte voldoet tot op heden nog steeds aan de gestelde eisen.

Na een dienstverband van 21 jaren neemt de heer Piet Haitjema in 1995 afscheid als dirigent van het fanfare-orkest. Als vierde dirigent in haar bestaan werd de heer Jan Geuke uit Tubbergen bereid gevonden het dirigeerstokje over te nemen. Met het inmiddels naar ruim 40 actieve leden uitgegroeide fanfare-orkest gaat het met de jaren steeds beter. Vele eerste prijzen worden gewonnen met als hoogtepunt de promotie naar de toenmalige afdeling Uitmuntendheid van de KNFM (nu derde divisie) in november 1996 te Doetinchem. Na 13 succesvolle muzikale jaren werd tijdens het jubileumconcert in november 2007 op gepaste wijze afscheid genomen van dirigent Jan Geuke.

Als opvolger wordt in 2007 de heer Marcel Bergboer uit Borne benoemd met als doel om de succesvolle muzikale successen van de afgelopen jaren te continueren. Marcel Bergboer is evenals zijn voorgangers als koperdocent verbonden aan de muziekschool te Borne. Ook is hij als beroepsmusicus verbonden aan de Douane-Harmonie Nederland. Na een periode van 3 jaar scheiden onze wegen en gaat het fanfare-orkest opzoek naar een andere dirigent.

In 2011 gaat de muziekvereniging in zee met de heer Ivo Weijmans. Ivo is als dirigent verbonden geweest aan diverse verenigingen in deze regio, hij arrangeert stukken voor slagwerkgroepen en is directeur aan de muziekschool in Nordhorn. Met veel enthousiasme is men in 2011  begonnen aan het bouwen van een mooi orkest.